Angstklachten

Iedereen is weleens bang. Maar bij angstklachten bent u vaak en zonder duidelijke reden angstig of gespannen. U piekert veel of maakt zich zorgen over situaties die eigenlijk veilig zijn.

De angst kan u in de weg zitten bij werken, omgaan met anderen of dagelijkse dingen doen.

Er zijn verschillende soorten angst:

• Angst voor bepaalde situaties, dieren of plaatsen
• Angst voor contact met anderen
• Angst om controle te verliezen of gek te worden
• Angst voor een volgende paniekaanval
• Angst om ziek te worden of dood te gaan

Angstklachten kunnen langzaam ontstaan, of plotseling. Vaak merkt u ook lichamelijke klachten.

U kunt last hebben van één of meer van deze klachten:

• Piekeren of veel zorgen maken
• Altijd alert zijn, alsof er gevaar is
• Sneller boos, prikkelbaar of gespannen zijn
• Hartkloppingen of benauwd gevoel
• Zweten, trillen of droge mond
• Slecht slapen of nachtmerries
• Moeite met concentreren

• Praat met iemand die u vertrouwt
  Blijf niet alleen met uw zorgen. Praten helpt.
• Beweeg elke dag een beetje
  Wandelen of fietsen helpt spanning te verminderen.
• Schrijf op wat u denkt of voelt
  Zo leert u beter begrijpen waar de angst vandaan komt.
• Doe ontspanningsoefeningen
  Adem rustig in en uit. Ontspanning helpt uw lichaam te kalmeren.
• Doe dingen stap voor stap
  Ga niet situaties uit de weg, maar bouw het rustig op.

Wilt u weten of u naar de dokter moet? Vul dan onze online vragenlijst in. U krijgt snel een advies dat past bij uw situatie.